In een zwakke bui gaf ik toe aan mijn 3-jarige charmeur: “Vooruit, nog één tv-programma”. “Het is best verantwoord”, dacht ik bij mezelf. “Het is een kwaliteitsprogramma van CBeebies”, de kinderzender van de BBC. Wist ik veel dat ik daarmee mijn vonnis getekend had? Het programma dat zoonlief wil kijken heet Blue’s Clues. Een vreselijk programma. […]
In een zwakke bui gaf ik toe aan mijn 3-jarige charmeur: “Vooruit, nog één tv-programma”.
“Het is best verantwoord”, dacht ik bij mezelf. “Het is een kwaliteitsprogramma van CBeebies”, de kinderzender van de BBC.
Wist ik veel dat ik daarmee mijn vonnis getekend had?
Het programma dat zoonlief wil kijken heet Blue’s Clues. Een vreselijk programma. Jammer dat mijn jongste dit niet vindt.
En dus zat ik 20 minuten mee te kijken naar een stupide hond (Blue) die met hints (clues) liet zien welk probleem er was dat hij moest oplossen.
Twintig minuten om het probleem te analyseren.
Het probleem was als volgt:
Blue hield van torens bouwen. Maar nu was zijn toren kapot gemaakt. Hoe was dat gebeurd?
Mijn zoontje wachtte gespannen af. Dat heeft hij ook wel eens, dat iemand zijn toren omgooit.
Ik gaapte.
Gelukkig maar dat Blue er in 20 minuten achter kwam dat er een groene puppy (!) was binnengekomen, deze tegen de toren op was gesprongen en zo de toren was omgevallen. Iedereen van het team van Blue was blij met de ontdekking…
Opgelost!
Behalve Blue natuurlijk. Zijn toren was nog net zo kapot als daarvoor.
Terwijl ik wat brabbelde over “ook zonde van de tijd, hij is geen steek verder”, realiseerde ik me weer dat dit al veel langer een van mijn ergernissen is. Alleen dan in mijn werk als adviseur.
Meer dan eens heb ik in het verleden mijn bijdrage geleverd aan het analyseren van het probleem.
Ik was in de stellige overtuiging dat het probleem analyseren zinvol, nee, zelfs nodig was om het gedegen op te kunnen lossen.
Liefst analyseerde ik niet alleen het probleem, maar liever nog het probleem achter het probleem.
Zonde van de tijd.
Tegenwoordig los ik geen problemen meer op.
In plaats van na te gaan bijvoorbeeld ‘hoe het komt dat de integratie nog steeds niet gerealiseerd is’, start ik nu met het richten van de aandacht op wat de klant (en de andere betrokkenen) nu eigenlijk wél wil(len).
Iedereen die ooit met ons gewerkt heeft weet dat een van onze favoriete vragen als we een issue tegenkomen is: “met alles wat er is, wat zou je willen dat er gaat gebeuren?”. En iedereen die ooit met ons gewerkt heeft, weet ook hoeveel verschil het maakt om daar te beginnen in plaats van met een probleemanalyse.
Had iemand dat die arme Blue maar gevraagd in het programma: “En Blue, wat zou je willen dat er gaat gebeuren?”
“Gewoon mijn toren weer bouwen” had ‘ie misschien geantwoord. Klaar! Blue uit zijn lijden verlost. En ik ook.
De meeste issues in organisaties zijn net iets minder gemakkelijk en snel op te lossen dan Blue’s trieste hoofd. Maar ook – misschien zelfs wel juíst – bij complexere problemen maakt het een enorm verschil als je consequent de aandacht richt op de gewenste uitkomst: op wat je wél wilt. En waar dat vervolgens toe leidt.
Ofwel: Wanneer bijvoorbeeld de integratie is gerealiseerd, wat gebeurt er dan? Wat gaat het opleveren, waar draagt het aan bij?
Wat maakt nu dat het zoveel uitmaakt als je de aandacht richt op Gewenste Uitkomsten?
Wat maakt dat klanten merken dat het gesprek hierdoor beter verloopt, de energie in de organisatie terugkomt, dat irritaties als sneeuw voor de zon verdwijnen?
Ik zet 5 redenen voor je op een rij. Vast niet compleet. Voel je vrij ze aan te vullen in de comments op basis van je eigen ervaringen.
1. Wat je aandacht geeft, groeit.
Een primaire energie-wet. Je leert het al wanneer je als kind prikjes krijgt: ga je met je volle aandacht zitten kijken naar de naald die in je arm gestoken wordt, dan doet het toch pijn! Kijk je in plaats daarvan naar een interessante film, een grappige man, en het is voorbij voor je er erg in hebt.
Het hondje Blue wordt niet blijer van het herbeleven van hoe al die ellende nu is ontstaan. Net als een team niet ineens lekker gaat samenwerken na een analyse over hoe het komt dat het allemaal zo mis gaat nu. Onder een vergrootglas en in de vertraging bovendien.
2. Je hebt er vaak nog niet over nagedacht.
Of in elk geval niet genoeg. We zijn als mensen en als maatschappij enorm gericht op problemen. Die we liefst flink uitpluizen. Sla de krant open, bekijk de index van een willekeurig studieboek, kijk naar de gemiddelde MBA-opleiding: het gros gaat over problemen, blokkades en wat er nog meer zij wat gaat over dat je níet bereikt wat je wilt.
Probeer eens net zoveel tijd door te brengen met het nagaan van wat je wél wilt, hoe dat precies werkt, wat je er voor nodig hebt. De meeste van onze klanten moeten na twee vragen heel diep nadenken. “Dat weet ik eigenlijk nog niet”.
En tjsa, als de klant zelf nog niet weet wat het is wat hij wil bereiken, hoe kun je hen dan ondersteunen om dat te realiseren?
Dat lijkt gedoemd te falen. Of is dat weer de aandacht richten op problemen? 😉
Zou Blue al wel weten wat hij zou willen nu zijn toren is omgegooid?
3. Het eigenaarschap ligt bij jou. Als eigenaar.
De ‘Oplossingeritus’ voorbij. Dat is wat we hier doen.
We zeggen niet: “geef ons je probleem, dan gaan wij wel iets verzinnen voor je”. Nee, we leggen de verantwoordelijkheid helemaal terug bij jou, als ‘probleemeigenaar’.
Je blijft, of wordt, eigenaar van je eigen gewenste uitkomst. Daar hebben we dan weer geen mooi woord voor: gewenste-uitkomst-eigenaar?
En is eigenaarschap niet een van de belangrijkste voorwaarden voor een succesvolle verandering? Wat mij betreft wel.
Het betekent dat je moet durven doorvragen op wat je klant eigenlijk wil. Dat je geen genoegen neemt met “dit is mijn probleem, los het maar op”. Dat je, zoals een klant het een keer beschreef: “het lef hebt om je klant lastig te blijven vallen met vragen over wat hij (wél) wil en wat dat precies betekent”. Omdat je alleen dan ook de juiste bijdrage kunt leveren.
Blue moet zélf bedenken wat hij nu wil. Daarmee zet hij al de eerste stap om verder te gaan. Niet te blijven hangen in zijn verdriet en in zijn verwijt aan anderen. Híj is in de lead. Niet zijn team van welwillende onderzoekers.
4. De motivatie neemt toe.
Ken je dat? Van die sessies waarin het probleem tot in detail wordt uitgeplozen of waarin je een terugkoppeling krijgt van de ins en outs van je probleem?
Voor de eerste pauze is de stemming al tot een dieptepunt gezakt en kunnen de beste energizers het energieniveau niet meer opkrikken tot acceptabele hoogte.
Zet daarnaast een sessie waarin je met elkaar door-akkert waar je naartoe zou willen. Hoe het eruit zou zien als het gaat zoals jullie willen. Binnen de grenzen van de realiteit natuurlijk.
Van welke sessie raak jij meer gemotiveerd?
Ik ken voorbeelden van situaties waarin deze twee types sessies naast elkaar plaatsvonden. Het verschil in animo, enthousiasme, creativiteit en betrokkenheid was immens. Je kunt je voorstellen in het voordeel van welke sessie dit was.
Zoals ik al zei: ook Blue zou een stuk gemotiveerder raken van het ‘analyseren’ van wat hij wel wil en hoe jij dat kan bereiken.
5. Een probleem oplossen wil nog niet zeggen dat je ook een gewenste uitkomst hebt gerealiseerd.
Op vijf, maar misschien had ‘ie wel op één moeten staan, is deze hersenkraker.
Ik hoor je denken: “hoezo, als ik het probleem opgelost heb, heb ik toch wat ik wil?”. Nee dus.
Althans: dat is verre van gegarandeerd. Veel IT-projecten zijn hier prachtige voorbeelden van. Het probleem, bijvoorbeeld een niet-gebruikersvriendelijk systeem, is opgelost. Alleen werkt nog steeds niemand ermee…
Dit is mede doordat er vaak vele oplossingen zijn te verzinnen voor een probleem.
Als iemand last heeft van de regen, kan ik een regenpak geven, een paraplu, hem laten schuilen in huis, aanraden een vakantie naar een zonnig oord te boeken, en ga zo maar door. Maar pas als ik weet wat het is dat hij wél wil, kan ik inschatten óf en zo ja welke van deze oplossingen ook echt gaat bijdragen.
Zoals Blue misschien nog niet had gehad wat hij wilde als iemand hem een bot had gegeven om hem op te beuren. Of juist zijn toren opnieuw had opgebouwd. Of de groene pup had weggestuurd…
Hoe doe je dat? De aandacht richten op de gewenste uitkomst in plaats van het probleem?
Begin maar eens met opletten waar je eigen aandacht of die van je klanten zit: op het probleem of op de gewenste uitkomst? En overal waar je mensen, inclusief jezelf, over problemen hoort praten, stel je de vraag:
“En wat zou je willen dat er gaat gebeuren?”.
’t Is even oefenen op de vraag, hij klinkt misschien wat gek voor je. Geloof me, en de vele klanten met me die het intussen toepassen: het werkt!
Ha Wendy
Dank voor je artikel over de gewenste uitkomsten. Mooie reminder.
Moet alleen in punt 4 onderaan bij het stukje over Blue “van wat hij wil en hoe en hoe jij dat kan bereiken niet staan hoe hij dat kan bereiken?” Zie punt 3 eigenaarschap. Groetjes Saskia
Dankje Saskia,
Het foutje passen we gauw aan. Fijn om te lezen dat het voor je werkt als reminder. Dat past dan weer mooi bij mijn gewenste uitkomst van zo’n blog.
Groeten, Wendy
Ha Wendy,
Wat een mooie observatie van je! Dank dat je het wilt delen. Een 6e reden kan zijn dat door te denken in oplossingen je creativiteit ook toeneemt. Doordat je in jezelf op zoek gaat naar je werkelijke drijfveren, kom je werkelijk in een andere ‘state of mind’ terecht. Je hersenen maken stofjes aan waarbij je je prettiger gaat voelen. En dat bevordert het reatieve te denken. en dat maakt weer extra stofjes aan.. enz.
Zelf doe ik een opleiding appreciative inquiry bij de AI-100 leergang. Jouw manier van werken sluit daar prima bij aan.
Dankjewel Marja,
Inderdaad een mooie 6e reden! Het is zeker ook herkenbaar: wat er gebeurt als je uitkomstgericht werkt. We zijn ’toevallig ook net in gesprek over de aansluiting van Zuiver Communiceren en AI. Wie weet zie je er ook daar nog wel eens iets over voorbij komen.
Hartelijke groet, Wendy